maandag 12 maart 2012

Verrekeningen contracten exploitanten zijn geen ‘rekenfout’

Verrekeningen contracten exploitanten zijn geen ‘rekenfout’

Afgelopen zaterdag schreef de krant De Morgen dat De Lijn vorig jaar een verlies van 24 miljoen heeft geboekt door een ‘rekenfout’ bij de afrekening met de contracten met de exploitanten. Dit is geen correcte weergave van het gegeven interview.
Tot in 2010 werden de contracten met de exploitanten betaald op basis van een ‘voorschot’, waarna de finale verrekening pas veel later volgde. Dit was al zo sinds het ontstaan van De Lijn. De Lijn had toen nog geen software om de gevolgen van wijzigingen in het aanbod bij de exploitanten snel genoeg te berekenen. Daarom werd gewerkt met schattingen, wat al gebeurt sinds de start van De Lijn in 1991.

De toenmalige contracten met de exploitanten waren zeer goed in tijden van groei, waarin het aanbod werd uitgebreid. Sinds 2010 heeft De Lijn moeten besparen, waardoor de exploitanten minder ritten moesten uitvoeren. De variabele kost bij de exploitanten daalde, maar de vaste kosten bleven in nogal wat gevallen behouden. Dat zijn bijvoorbeeld de kosten voor de aankoop en afschrijving van bussen en stelplaatsen. In tegenstelling tot wat De Morgen schrijft, kwamen de facturen met de eindafrekening niet onverwacht. Alleen vielen ze door de vaste kosten hoger uit dan verwacht.
Daarnaast heeft De Lijn vorig jaar schoon schip gemaakt. Bij de afrekening van 2011 hebben we vastgesteld dat we de voorbije jaren te weinig betaald hebben. Om financieel gezond aan 2013 te kunnen beginnen, betalen we dit jaar de achterstallige verrekeningen voor 2008, 2009 en 2010. Het is een interne maatregel om het jaar in evenwicht te kunnen afsluiten. Intussen hebben we een programma ontwikkeld waarmee we meteen de impact van wijzigingen in het aanbod kunnen berekenen, zodat we meteen ook de kosten kennen.
Tot slot heeft de directie mee op vraag van de minister een externe doorlichting besteld van de beheersmethode voor contracten met de exploitanten. Het gaat om een doorlichting van de manier waarop de eindafrekening wordt gemaakt. Daarnaast zullen externe experts ook de bestekken van de nieuwe contracten met de exploitanten mee helpen voorbereiden. Het doel is om bij de nieuwe contracten de risico’s beter te spreiden tussen De Lijn en de exploitanten.
BRON HOOFDLIJN 15



Afgelopen zaterdag schreef de krant De Morgen dat De Lijn vorig jaar een verlies van 24 miljoen heeft geboekt door een ‘rekenfout’ bij de afrekening met de contracten met de exploitanten. Dit is geen correcte weergave van het gegeven interview.
Tot in 2010 werden de contracten met de exploitanten betaald op basis van een ‘voorschot’, waarna de finale verrekening pas veel later volgde. Dit was al zo sinds het ontstaan van De Lijn. De Lijn had toen nog geen software om de gevolgen van wijzigingen in het aanbod bij de exploitanten snel genoeg te berekenen. Daarom werd gewerkt met schattingen, wat al gebeurt sinds de start van De Lijn in 1991.
De toenmalige contracten met de exploitanten waren zeer goed in tijden van groei, waarin het aanbod werd uitgebreid. Sinds 2010 heeft De Lijn moeten besparen, waardoor de exploitanten minder ritten moesten uitvoeren. De variabele kost bij de exploitanten daalde, maar de vaste kosten bleven in nogal wat gevallen behouden. Dat zijn bijvoorbeeld de kosten voor de aankoop en afschrijving van bussen en stelplaatsen. In tegenstelling tot wat De Morgen schrijft, kwamen de facturen met de eindafrekening niet onverwacht. Alleen vielen ze door de vaste kosten hoger uit dan verwacht.
Daarnaast heeft De Lijn vorig jaar schoon schip gemaakt. Bij de afrekening van 2011 hebben we vastgesteld dat we de voorbije jaren te weinig betaald hebben. Om financieel gezond aan 2013 te kunnen beginnen, betalen we dit jaar de achterstallige verrekeningen voor 2008, 2009 en 2010. Het is een interne maatregel om het jaar in evenwicht te kunnen afsluiten. Intussen hebben we een programma ontwikkeld waarmee we meteen de impact van wijzigingen in het aanbod kunnen berekenen, zodat we meteen ook de kosten kennen.
Tot slot heeft de directie mee op vraag van de minister een externe doorlichting besteld van de beheersmethode voor contracten met de exploitanten. Het gaat om een doorlichting van de manier waarop de eindafrekening wordt gemaakt. Daarnaast zullen externe experts ook de bestekken van de nieuwe contracten met de exploitanten mee helpen voorbereiden. Het doel is om bij de nieuwe contracten de risico’s beter te spreiden tussen De Lijn en de exploitanten.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten